Naast me staan vijf mannequins opgesteld. Voor me twaalf tienermeisjes, die qua zelfbewustzijn en pose daar niet voor onder moeten doen. Ik probeer een discussie op gang te trekken: wat vinden ze van de outfits op de mannequins? Staat er iets tussen dat ze zelf zouden dragen? Wat vinden ze mooi, wat lelijk? De meisjes reageren sociaal wenselijk: zo’n oversized jas wordt ook in de Zara verkocht, dus dat mogen ze mooi vinden. Dat is de norm, algemene goedkeuring volgt. Op andere stukken reageren ze minder eensgezind. De meisjes beginnen vragend rond te kijken, elkaar te taxeren. “Durf ik wel zeggen wat ik écht denk?” Een meisje begint luidop een outfit te hertekenen: de stof is mooi, de snit ook, maar de zoom moet anders, en daar zou een riem bij horen, en… Plots deinst ze achteruit, geschrokken van zichzelf. Heel even was ze vergeten waar ze was. Heel even was ze zichzelf, zonder façade. Eerlijk en rechtuit. “Wat doe ik? Dit zijn stukken van mòde-ontwerpers! Dit is kùnst!” Het ontzag staat op haar gezicht te lezen.
Ik stel haar gerust. Het is niet omdat iets door een mode-ontwerper gemaakt is, dat zij die kleding mooi moét vinden. Het is niet omdat iets Kunst wordt genoemd, dat ze dat hoog moét waarderen. Zelfs niet in een museum. Kunst moet je ràken. En wàt je raakt: dat is voor iedereen anders. Als zij die zoom anders zou doen, dan moet ze dat vooral doen. Maak je eigen ding, creëer je eigen mening. Je zal vast ook wel eens van een liedje houden dat je vrienden maar niks vinden. Daar is niks mis mee. Om de hoek staan er weer 4 mannequins opgesteld. Ik stel de meisjes voor de keuze: je gaat uit vanavond, en je moét één van deze outfits dragen. Welke draagt jouw voorkeur? Na wat aarzelen komt er beweging in de groep. Als één wezen slenteren ze naar het meest normale, een ensemble in sober zwart-bordeaux. De weg van de minste weerstand. Maar er zijn scheurtjes in de groep. Een enkeling lonkt naar een andere mannequin, behangen met fluo, glitter en drukke patronen…
Ik maak me geen illusies: de volgende shopping trip gaan ze weer met z’n allen naar de Zara en wachten ze weer eerst elkaars goedkeurende blikken af voor ze iets uit de rekken plukken. Maar misschien, heel misschien verandert er eentje thuis de zoom. Plakt ze een volgende keer een fluo patch op de jas. Verknipt ze een jas naar haar goesting, los van wat de rest daarvan denkt. Is ze op en top zichzelf. Zonder façade. Levenskunstenaar.
Comments